Vaktermen die Galvano hanteert
Galvaniseren:
Galvaniseren (definitie): het door middel van electrolyse aanbrengen van een hechtende metaallaag op een electrode (product) met het doel het oppervlak daarvan eigenschappen of afmetingen te geven afwijkend van het grondmateriaal.
Gelijkrichter:
Is een elektrisch apparaat waarin wisselstroom wordt omgezet in gelijkstroom.
Anode:
De anode is de elektrode die met de pluspool van de gelijkrichter is verbonden; de positieve elektrode. De anode is de elektrode die in een galvanisch bad in oplossing kan gaan.
Kathode:
De elektrode die met de minpool van de gelijkrichter is verbonden wordt de kathode genoemd; de negatieve elektrode. In een galvanisch bad is het product meestal de kathode.
Elektrolyse:
Is de verzamelnaam voor de processen die zich afspelen wanneer je een electrische stroom door een electroliet (geleidende vloeistof) stuurt. Voor het aan- en afvoeren van de stroom zijn een anode en een kathode nodig.
Edelheid:
Niet alle metalen hebben dezelfde neiging een verbinding aan te gaan met andere stoffen. Hoe kleiner de neiging is om verbindingen aan te gaan, hoe edeler het metaal is.
Ampère:
Is de eenheid van stroomsterkte. 1 ampère (1 A) is de stroom die per uur 4,025 g zilver neerslaat uit een zilverbad.
Volt:
Is de eenheid van elektrische spanning. Een volt (V) is de spanning die door een weerstand van 1 ohm een stroomsterkte van 1 Ampère doet vloeien.
Laagdikte:
Is de dikte van de metallische deklaag, uitgedrukt in microns of micrometer (µm).
Micrometer:
Een micrometer of micron is een duizendste millimeter, aangeduid met het symbool µm, dat betekent een miljoenste meter (micro, afgekort tot µ, betekent miljoenste).
Rekwerk:
Producten die aan haken of rekken die de stroom geleiden worden opgehangen of geklemd voor het galvaniseerproces.
Vuistregel: Voor grotere en/of beschadigingsgevoelige producten.
Trommelwerk:
Veelal kleine (massa) producten die vanwege hun vorm niet opgehangen kunnen worden., Deze worden als stortgoed in speciale galvaniseertrommels behandeld.
Vuistregel: Voor kleinere en niet beschadigingsgevoelige producten.
Corrosie:
Is het veelal ongewenste (chemische of electrochemische) aantasten van een metaal dat optreedt bij blootstelling aan ongunstige omstandigheden (vocht en zouten). Hierbij ontstaan corrosieproducten zoals metaaloxiden, denk bijvoorbeeld aan het roesten van ijzer.
Lees meer over corrosiebescherming.
Ductiel:
Betekent zacht, goed vervormbaar. Een ductiele laag kan dus makkelijk vervormd worden zonder te scheuren of barsten. Bijvoorbeeld tin en zilver zijn relatief zachte en zeer ductiele lagen.
Stroomloze (autokatalytische) metaallagen:
Bij een stroomloos of autokatalytisch bad is geen electrische (gelijk) stroom nodig om een metaal te laten neerslaan. Deze processen maken gebruik van zogenaamde reductiemiddelen die ervoor zorgen dat de opgeloste metalen omgezet worden naar de metallische vorm. De metallische deeltjes kunnen een zeer gelijkmatige laag vormen op het product, overal waar de badvloeistof kan komen vormt zich de metaallaag.
Passiveren:
Is een bewerking die een metaaloppervlak of een galvanisch metaalneerslag ondergaat om het oppervlak niet-reactief (minder werkzaam) te maken. Hierdoor wordt een betere corrosieweerstand verkregen. Veel galvanische neerslagen die voor corrosiewering dienen worden als laatste bewerking gepassiveerd, denk bv. aan geel gepassiveerd zink.
Lees meer over passiveren.
Galvanotechniek:
Meer slijtvastheid, een betere soldeerbaarheid en een betere stroombegeleiding. Dat zijn de belangrijkste voordelen van de galvaniseertechniek die wij toepassen voor onze klanten.
Lees meer over galvanotechniek.